In 1912 verhuist het gezin van Willem Piebe de Jong van Eernewoude naar Oudega. Aangezien de Jong het beroep van visser uitoefent, woont het gezin in een woonark, die in de zomer bij de visplek ligt, in de nieuwe Munneke greppel, waar “it tichtset” is.
In de winter ligt de woonark in de Oudegaaster vaart, vlak bij het dorp. In 1930 neemt zoon Piebe het tichset over. Hij trouwt met Goaitske Ypenga en tot 1959 ligt het gezin, jaar in, jaar uit inmiddels met de kinderen, bij het tichtset of in het dorp.
Wat is een tichtset en hoe werkt het?
Het visseizoen begint in het voorjaar. De Jong zet dan losse fuiken uit, waar voorns kuit op af zetten, die de paling aantrekt. Dan wordt in juni het tichtset gebouwd. Elk jaar gebruikt de Jong dezelfde paalgaten om het tichtset op te bouwen. De vaarweg sluit dan de vaarweg af met een vastnet aan beide oevers en een valnet in het vaargeulgedeelte. De palingen zwemmen naar het net, kunnen niet verder en keren en zwemmen in de fuiken, die loodrecht op het net staan. Het “tichtset” staat alleen ‘s nachts overeind. Zodat de scheepvaart niet gehinderd wordt. Komt er ‘s avonds laat toch nog een vaartuig langs, dan vaart ze tegen een draad, zo’n vijftig meter voor het valnet. De draad doet een gewicht vallen, waardoor een pal wordt losgetrokken, zodat het middennet op de bodem valt. De Jong wordt dan door een belletje gewaarschuwd, dat het middennet weer moet worden gehesen.
De Jong breit zijn fuiken en netten zelf van katoenen garens, zodat er regelmatig getaand moet worden. Spahr van der Hoek uit Drachten levert de eikenschors, die in de taanton gekookt wordt en waar vervolgens de fuiken en netten in ondergedompeld worden. Behalve het “tichtset” om palingen te vangen, vist de Jong ook met dobber en aasvisjes, die hij op Buitenstvallaat vangt. Na de zomer wordt er in de herfst op snoek gevist. Dat betekent elke dag een aantal keren kijken, want de gevangen vis moet wel levend gevangen worden, want het is voor de handel. De vis komt in de bun en één keer in de week komt Foppe de Haan, de viskoopman uit Grou met zijn schip om de vangst over te nemen. Tijdens de oorlogsjaren koopt men graag vis bij de familie de Jong. Er zijn dan ook vele monden te voeden, omdat er regelmatig onderduikers zijn. `s Winters is de Jong werkzaam in het riet. Dan breekt het jaar 1959 aan. Het tichtset wordt opgeheven omdat de vaarweg naar Drachten vergroot wordt, hij vaart de woonark voor de laatste keer naar het dorp, waar hij na het overlijden van zijn vrouw in 1968 nog een aantal jaren woont.
Ook in het Opeinder kanaal is een tichtset geweest en heden ten dage zit er vlak bij Birdaard in de Dokkumer Ee nog een tichtset.